12

Laat ik beginnen met dit schrijfsel een Blog te noemen en geen ‘ column’. En dan maar hopen dat iemand me helpt om te bloggen. Geen idee hoe dat werkt, maar mensen kunnen dan lezen wat ik schrijf. Mijn BLOGS volgen. Of mij volgen. Twitteren. Het antwoord op HOE is ja.
Laat ik ook snel aangeven dat ik 57 ben, géén excuus, wel een verklaring:“Nee, meneer, verbinding maken met computers van uw collega’s in Amerika, nee dat kan niet. Hoe heet dat zegt u, internet?” Dat was destijds de reactie van de klantenservice.
Een paar jaar geleden kreeg ik complimenten van dochter Anne. Omdat ik haar als nieuwbakken student SMS’te. Dat was blijkbaar heel wat. Want de meeste ouders van haar medestudenten konden dat niet. Ik voelde me een hele Piet.

Kees van Kooten (vader van Kim) schreef vroeger veel geinige stukjes. Eén staat me bij: ‘halfbruik’. Over het fenomeen dat hij veel apparatuur maar half kende. Omdat hij de gebruiksaanwijzing niet begreep of simpelweg omdat hij te weinig onthield of die veelheid niet nodig leek te hebben. Hij gebruikte hooguit 50% van de mogelijkheden.
Nou….de tijden zijn veranderd: ik kan hooguit 1% gebruiken. Soms heb ik daar een slap excuus voor, meestal niet. Zo stoei ik voortdurend met mijn smartphone. De Nokia Lumia was een jaar geleden zó nieuw, dat de verkoper me niet kon helpen. Nieuwe wijze van besturing. Ik werd verwezen naar een website voor de gebruiksaanwijzing. Daar verdwaalde ik. En dus gebruikte ik ongeveer een jaar de fabrieksinstelling 0000. Geen ramp, wél fossiel.

Iemand stimuleerde mij om ‘het meisje van de slijterij’ te lezen. Om als fossiel sociaal te gaan bewegen. Heb ik opgevolgd. Lezenswaard. Vanaf toen besloot ik de camera op mijn Lumia te gaan gebruiken. Ik lijk een drempel over. Hele Piet. Dacht ik.
Totdat ik het boek Society 3.0 kocht en las, van Ronald van den Hoff. Tóch fossiel. Op zijn pagina 433 staat een foto van zijn site www.seats2meet.com met op pagina 432, 433 en deels op 434 een beschrijving van de informatie op die site. Een passage uit zijn boek:
Social Media Accounts- bij de contactbuttons van de locatie worden ook social media-buttons toegevoegd (tweet us etc..), evenals share-buttons voor 20+sociale netwerken.
Dan volgen in tekst elf genummerde aanwijzingen. Ze verwijzen naar de foto van de site. Voor mij een onbegrijpelijke gebruiksaanwijzing.

Wat Ronald van den Hoff in zijn 455 pagina’s schrijft, is overweldigend. Een Tzunami van veranderingen komt onzichtbaar op ons af. Onafwendbaar. Hele Pieten en fossielen gaan gewild of ongewild mee. En….van den Hoff is geen trendwatcher, hij is trendsetter. Bedrijfsman nieuwe stijl. Ik ben in Utrecht zijn nieuwigheden gaan beleven. Nieuwsgierig geworden naar het nieuwe ont-moeten. Weldadig. Hartelijkheid en vrijgevigheid troef. En digitalisering natuurlijk. Waardenuitwisseling, daar gaat het hen om. Een zichtbare paradigmashift. Ik zie wel elementen uit de oude orde, maar goed! Logisch!

Helemaal in het begin én helemaal aan het eind van Society 3.0 refereert hij aan Arnold Cornelis, hedendaags filosoof. Helaas is deze hoogleraar in Leuven te vroeg overleden. Hij werd nèt bekend en gevierd. Oók omdat hij een entertainer was. Zijn boek ‘de logica van het gevoel’ bevat een onderbouwing van de tijd die volgens Cornelis, hoogleraar in Leuven, aanstaande was: de tijd van de communicatief zelfsturende mens. Ronald van den Hoff bouwt daarop voort, op die logica van het gevoel. En op die zelfsturing.
Staatsgevaarlijke éénpitters die elkaar weten te vinden. Voor samenbeleving. Cocreatie. Voor het waardevol samen werken. Staatsgevaarlijk, omdat de Quango’s omzeild kunnen worden. Moeten worden ook. Want Quango’s zijn officiële energielekken. Daar gaat veel geld in om.
Een Quango is een quasiNGO…..een niet gouvernementele organisatie die belangrijk doet en met macht en geld schermt. Waterschappen, woningcorporaties, BUMA-STEMRA
Een eigen voorbeeld:

Na een succesvolle masterclass over stotteren en stottertherapie in Gent, ga ik dat herhalen in maart dit jaar in Rotterdam. De organisator tipte mij: via een ‘organisatie’ kan ik vrijstelling van BTW-afdracht krijgen. Ik kreeg een website referentie. Mooie, strakke site. Wat ben ik aan het doen als ik me in dat quango-oerwoud begeef? Ga ik niet doen. Nee. Ik kies voor zelfsturing en niet voor strijkstokken. DIE MOETEN WEG.

Als het boek Society 3.0 me iets heeft geleerd, is het wel dat ik als wereldmens de keuze heb om én én te zijn: beetje Piet en beetje fossiel. Ik heb de macht, de keuze, om te kiezen voor een ‘disruptive bypass’.

Ik heb een jaar of twintig geleden een inleidende opleiding in de haptonomie genoten.
Daar profiteer ik nog dagelijks van.
Het haptonomisch appèl aan de bevrijde mens was toen: pas je niet meer aan, pas je in.
Dat is wat mij betreft aan herziening toe, want
Waar pas je je in?
In de chaos?
In de transitie?
In de turbulentie?
In de impliciete orde?

Het nieuwe appèl zou mogen zijn:

Sluit niet uit, sluit je aan.
Sluit aan op je logische gevoel
En op de andere ander

Adriaan Bertens

Mijn waarheid

"liever een krakkemikkige creatie dan een perfecte kopie".

Ik hoorde hem mij vragen: “Ben ik nou te kritisch?”. Dat vraag ik me toch meestal af? Daar zaten we. Een beetje lacherig. Een vreemde verwondering. “Is dit het nou?”.

Ik had haar in de middag gevraagd om even te overleggen over professionele communicatie. Het was zulk mooi weer, dat we op een terras belandden. De zon stond nog zó laag, dat het dringen was. Uiteindelijk vonden we een spleetje voorjaarszon. En daar was hij ook . En nog meer leuke mannengezichten. En hij suggereerde mij die avond naar een ondernemersbijeenkomst te komen, Camion. Ging over ‘schitterende mislukkingen’….. Inspirerend thema. Moet denken aan een advocaat-vriend: “De helft van mijn confrères liegt, want iedereen wint altijd elke zaak”….

Ik denk dat hij verbaasd was, mij te zien bij ‘Het Dagelijks Bestaan’. Met een beetje doorkoken lukte het om van het terras in de zaal te schuiven. Na mijn hersenbloedingen heb ik mezelf beloofd nooit meer te haasten. Dat lukt aardig, ook al lijkt de haast zich te verplaatsen. Dat ben ik me door de opleiding Essentie-coaching bewust geworden. Van ‘impuls’ naar ‘vorm’ duurt mij vaak veel te lang. Daar zit mijn haast. Dus onthaast ik verder.

Kinderspel bij Camion. Ik kan het niet anders zeggen. Televisietje spelen. Ondernemende ideeën voor een drakerige jury. Ik speelde vroeger ‘wie van de drietje’. Een televisiespelletje nadoen. Ik deed ook de tv-indiaan Klukkluk goed na: “O, Pipo, mij zijn van de geldloze”. Dat deden de ondernemers verzameld op een creatieve plek ook. Dit was een slecht rollenspel. Nou spelen we de hele dag rollen, maar een rol die een rol speelt, dan wordt het wel heel ‘leeg’.

Er waren drie presentaties over mislukkingen. Dat is voor ons ego een moeilijk onderwerp. Ik heb ooit een heel goede presentatie gehouden over een mislukte stottertherapie. Dat werd me naderhand door één collega verweten. Die vond het heel dubbel: een bijna té goed verhaal over iets wat mis gegaan was. Het ego staat het etaleren van een mislukking nauwelijks toe.

Bij de drie presentaties werden de mislukkingen versluierd. Logisch. Maar het panel (af en toe ‘dragons’ genoemd door de strenge presentatrice, die in mijn ogen geen zaalinbreng duldde) bleek tandeloos en te positief. Terwijl vakliteratuur zegt, dat directe waarheid goud is.
Mijn naakte waarheid was dat het onduidelijke verhalen waren. Dat ik niet kon vergelijken. En dat de reflectiepoging van een Camion-bestuurder een moedige poging was. Zijn stem had wel een verdiepend effect, maar zijn woorden weer niet. En dat ik geen stemvee wilde zijn. Dat de keuze van ‘wie van de drie’, eerder de basis had van kwetsbaarheid, moed en authenticiteit dan op de schittering van de mislukking. Nederlanders voelen eerder sympathie voor kwetsbaarheid en puurheid, dan voor (verpakte) kracht. Dat pleit voor ons. Bij presentaties van juridisch ondernemer Bram M. voelen we aan ons water dat er iets niet klopt. Wij zijn uiteindelijk voelende wezens . Gelukkig maar.

Het voelde in de Camion te onveilig om mijn bijdrage te leveren. Werd ook niet gevraagd. Zoeken naar eigentijdse vormen van W!J. Ik moet zichtbaarder durven zijn. Maar ik ben zo gevoelig voor afstand en afwijzing. Wat zou het mooi geweest zijn, als ik wat had kunnen vertellen over Otto Scharmer. Wat houdt me tegen? Een heleboel onzin. Mijn hoofd. Ik moet denken aan Mandela: we bewijzen de wereld geen dienst door ons klein te houden. Jaja.

Adriaan Bertens
www.inmenssamenspel.nl

"Leven als weven"1

….niet aanpassen, maar inpassen

Als ik zwart met wit meng, wordt het grijs. Als ik een zwarte en een witte draad weef, blijven beide draden zichtbaar en vormen ze samen een doek. Een samenspel. De verschillen blijven zichtbaar bestaan en worden samen een bijzonder schouwspel. De verschillen worden vervlochten, maar de eigenheid blijft bestaan. In deze tijd, in de ontwikkeling van de mensheid, heeft dat mijn voorkeur. Vervlechten wil ik wel, in het andere opgaan eigenlijk niet. Mijn eigenheid komt dan minder tot zijn recht. Liever een spannende tweekleurig of veelkleurige boog dan grijs. Ook al zijn grijstinten soms mooi.

Zelfs liever zwart-wit dan grijs

Er is een groot verschil tussen SAAMHORIG en SAMEN ZIJN. Voor mij heeft saamhorig iets horigs, iets onderdanigs. Samen zijn….daar blijft ruimte om mijn adem te ademen. En die ruimte heb ik nodig. Voor mij is moderne liefde niet een versmelting, maar een weefsel. In het samenspel verrijken de draden elkaar middels onuitputtelijke wisselwerking, bij de gratie van de verschillen. Marc Chagall noemde dat (Jiddisch) SJEMIE. Op het moment dat de verschillen verdwijnen (assimilatie), stopt het scheppingsproces. Dan start hooguit het vermenigvuldigen…..het kopiëren….

Grenzeloze grenzen

Door de theoretisch natuurkundigen, Einstein met zijn relativiteitstheorie voorop, is het begin gemaakt met een wezenlijke paradigmaverschuiving. Van dualiteit naar non-dualiteit. Grenzen zijn vergissingen van de ‘mind’, zinsbegoochelingen. Onze zintuigen goochelen een werkelijkheid van afgescheidenheid. Theoretisch natuurkundigen weten wel beter. Er lijken deeltjes te zijn, die sneller bewegen dat het licht. Dat kan toch niet?? Onze hele ‘werkelijke’ wereld is op duale beelden gebouwd. Dat wereldbeeld loopt tegen zijn grenzen van de houdbaarheid. We zijn toe aan een volgende dimensie. Niet óf óf. Versmelten of wegwezen. Kleurbehoud! Het zijn de fundamentele wetenschappers en de kunstenaars die ons voor gaan. Ik volg graag. Hoe? Ja!

Adriaan Bertens
www.inmenssamenspel.nl

1Geïnspireerd op de tentoonstelling ‘six yards’ in het Museum voor Moderne Kunst Arnhem, oa. over Visco, een wereldberoemde onbekende stof uit Helmond (vanaf 29 januari 2012)

Vorige week mochten weer twee spelers uit het theologisch elftal spelen op een pagina van de Verdieping van Trouw. Manuela Kalsky en Raymond Leegte. Gelukkig ging het om samenspel, anders had de dominee het zeker afgelegd tegen Manuela, de nieuwbakken hoogleraar aan de VU. Maar ze speelden samen om de leegte te vullen.
Ik moet denken aan Margarete van den Brink, antroposofe, die in een workshop over gemeenschapsvorming benadrukte dat er geen stilte of leegte in een gesprek mocht vallen, want dat werd dan vliegensvlug opgevuld door duistere krachten. Ik vond dat destijds zo ridicuul, dat ik waarschijnlijk niet goed geluisterd heb. Duistere krachten in mij. Selectief luisteren. Selectief onthouden. Oordelen. De wereld verdelen in sympathie en antipathie, Dat is onder andere het kwaad in mij. Niet leeg zijn. Vol zijn, vervuld van mezelf, mijn plannen, ideeen en meningen. Waar de gnostiek uit gaat van het Goddelijke in iedere mens, gaat die stroming waarschijnlijk ook uit van het kwaad in ieder mens. Binnenkort eens aan Helma vragen. Die weet veel. Waarschijnlijk ook hier over. Helma lijkt mij een in en in goed mens, maar heeft vast ervaring met ‘het kwaad’.
O ja, het kwaad in mij is ook ‘de verleider’……soms ben ik een charmeur, een verleider. Maar dat stukkie kwaad is veranderd. Heeft samen met andere deelfacetten van mij een gezondere voedingsbodem gekregen. Kwaad kan transformeren. Is me overkomen. De verleider is er nog en zal ook nooit weg gaan……ik zou hem missen…maar de grond is anders. Iemand heeft me ook ooit een gewezen op ‘het kwaad van mijn grote woorden’. De vaststelling dat dit kwaad in mij is veranderd, de verleider dat zijn grote woorden. Wachten op de eerste test….
Ik ben niet OK, jij bent niet OK en dat is OK.
Een speelse uitspraak van Scott Peck, geïnspireerd op een vorige eeuw populair boek van Thomas Harris, waarin het OK zijn van mij en jou benadrukt werd. Nooit gelezen.
Scott Peck was erkend alcoholist en koketteerde een beetje met zijn huwelijkse ontrouw, maar hij had een oorspronkelijk beeld van het kwaad. In zijn boekje ‘the people of the lie’ beschreef hij het kwaad: geen verantwoordelijkheid nemen. Een kwaad dat volgens hem 25% van de mensen in de greep heeft. Hij was eerder een fenomenologisch wetenschapper, in de lijn van Oliver Sacks, de neuroloog. Scott Peck was psychiater en theoloog en dus verre van een rationeel wetenschapper. Dus kon hij dat percentage niet hard maken. Hij kwam ook aan de grenzen van zijn ratio toen hij werd uitgenodigd voor een duiveluitdrijving. Hij hield vooraf vast aan zijn natuurwetenschappelijke opleiding als geneeskundige. Daarin had hij het bestaan van de duivel nooit gehoord. Maar toen hij bij gelegenheid de duivel hoogstpersoonlijk in de ogen had gekeken, piepte hij wel anders. De duivel kan bezit nemen van mensen. Geheel of gedeeltelijk. Dat lijkt me van het grootste belang. Als mensen ‘bezeten’ zijn, is mijn ervaring, dan is alles vastgeklonken. Geen beweging meer mogelijk. Geen pareltjes meer. Helemaal niet OK.

Adriaan Bertens, MeeAnder Zutphen, 15 januari 2012

Een treinvertraging heeft ook zo zijn charme. Er viel onderweg veel te ervaren. Een vroege internationale treinvanRoosendaal naar Antwerpen reed ‘doodleuk’ niet. Ik bleef rustig op zoek naar een alternatief. Ik verwonderde me over mezelf. Ik gaf me over, terwijl ik het belangrijk vond om ‘op tijd’ te komen. ‘Op tijd’ is ook maar een verzinselvande geest. Wel een dominant verzinsel, zeker hier in het Angelsaksische westen. Voor het eerstvanmijn leven ging ik ‘solliciteren’, hoewel het veel leek op een gesprek met Ale, HR managervanUnilever Research. Toen wilde ik zeker op tijd zijn en nu weer. Zodat Ale in Vlaardingen en Geert in Gent zouden weten dat ik een manvande klok ben. Envanafspraak=afspraak. Envan‘hoe is ja’. Maar ja, mijn cirkelvaninvloed is begrensd. Auto of trein maakt op reis niet veel uit.  Ik ging dus niet op tilt. Ik wilde toch ervaren hoe het was om op één dag op en neer te gaanvanuit Zutphen? Ik bleef ook kalm toen twee employésvande Nederlandse Spoorwegen indirect aangaven dat ze me niet konden/wilden helpen met mijn vragen . Ik ging ook niet op tilt toen de Vlaamse conductricevande stoptrein niet bereid leek om iets wat ik niet verstond of niet begreep, te herhalen of verduidelijken. Blijkbaar schrok ze zelfvanhaar korte lontje, want ze kwam voor vertrek nog een keer de coupé in om te vragen of ze mevandienst kon zijn. Ik zei wrokkigvanniet, terwijl informatie welkom was. Even later, ongeveer bij station Antwerpen-Luchtbal lag er een attent briefjevande conductrice. Op mijn stoel. Luchtbal?? Ja, zo heet een station waar ik normaal langs raas. Dat noem je toch niet zo?? Wel dus.  Het korte lontje had met de hand geschreven, hoe laat ik in Gent zou aankomen. Blijkbaar was mijn vraag logisch en ook wel duidelijk aangekomen. Maar ik was gekwetst. Wrokkig. Verdrietig ook. Dat voelde ik. Ik kon ook verwonderd blijven, positief, warm. Maar er was óók gekwetstheid. En mijn dominante maniervandoen is dan koppig. Zoietsvan‘hoeft al niet meer’. Ken ikvanvroeger. Soms was ik zo boos, dat ik  besloot om een paar dagen niets te zeggen. Wrok. Natuurlijk werkte dat in mijn eigen nadeel. Vooral omdat mijn ouders later zeiden dat ze dat nooit gemerkt hadden. Ik denk dat ik zó op de buitenwereld gericht was, dat een  wrokkig zwijgen eerder een gezonde balans was dan een wraakoefening. En wraakoefeningen slagen nooit. Denk ik.

Ik was op tijd, dankzij een lieve Vlaming. Ik wel! De sollicitatiecommissie niet. Maar dat terzijde. Ik was ‘opgeruimd’. Mezelf. Authentiek. Binnenkant=buitenkant. Ik hoop dat ze mijn kwaliteiten kunnen gebruiken. Dat is niet aan mij. Dat is aan de kosmos en aan de vertegenwoordigersvandie kosmos. In Gent. Hopelijk is er weinig kosmische ruis.

Adriaan
27 november 2011

BB

Dat was ooit een magische afkorting. Zeker voor puberende jongens in mijn tijd.
Totdat ik van mijn moeder(?) een poster kreeg van Raquel Welch, een welgeschapen dame met een parmantig decolleté. Geen bloot. Waarom gaf mijn preutse moeder dat? Toch eens vragen, want mijn moeder is pas 84 en is nog bij de pinken. Maar toen was ik dus in de ban van Raquel Welsh. Nou was dat ruim voor het internettijdperk, dus informatie over BB en over RW was voor mij niet zo toegankelijk. Totdat ik RW zag schitteren bij mijn eerst verblijf in Manhattan, New York. Op doorreis naar Roanoke, Virginia, voor een stage vanwege een innovatieve stottertherapie, deed ik een paar dagen NY. En dus struinde ik op Broadway musicals af. En kocht ik een kaartje voor ‘woman of the year’. En wie had daar de hoofdrol, zo bleek? Raquel Welch. Ze stelde mij niet teleur. Ik vond haar mooi en vooral heel goed lichtvoetig acteren. Ik keek mijn ogen uit op Broadway. En de poster op mijn kamer? Die was inmiddels verdwenen en er hing zeker geen BB voor in de plaats. Ik vond haar niet mooi. Te donkere mascara.

Maar de BB van nu? Bladblazers! Bladblazers? Ook sexy, want het zijn vooral mannen die ze hebben. Gisteren, op een Achterhoeks fietstochtje, waren stoere mannen overal bezig blad weg te blazen. Van hun straatje. Van hun gazon. Wat bezielt ze? Waarom?

Ik kan me een paar redenen voorstellen: het gazonnetje moet een strak gazonnetje zijn, zonder klaver of andere ongerechtigheden. Blaadjes zouden oneffenheden kunnen brengen, dus bb. Maar het kan ook zijn, dat mensen banger worden: stel dat iemand uitglijdt over nat blad, dan heb je zó een claim aan je broek. Er is tegenwoordig altijd wel een advocaat, die dat voor je wil uitzoeken. En dan ga je preventief BB’en.
Maar het meest aannemelijk is…..omdat het er is, ga je het willen hebben. Dat is jaren onze cultuur geweest. Materialisme. Maar dat is niet meer vol te houden. Denk ik.

Laat de blaadjes voor wat ze zijn. Denken in een kringloop. Knop-lichtgroen blad-donkergroen blad-vrucht-bruin-dood-dwarrel-rot weg. Scheelt BB. En dus scheelt het aanmerkelijk in herrie. Natuurlijk, echt, authentiek, puur…..

BB en RW hadden ook geen implantaten..

Een betekenisvol afrondend teamproces
3 oktober 2011

het is onzin,
zegt de rede

het is wat het is,zegt de liefde

Het is ongeluk,
zegt de berekening

het is niets dan pijn,
zegt de angst

het is uitzichtloos
zegt het inzicht

het is wat het is,
zegt de liefde

het is belachelijk,
zegt de trots

het is lichtzinnig,
zegt de voorzichtigheid

het is onmogelijk,
zegt de ervaring

het is moeilijk,
zegt het gemak

het is vervelend,
zegt de harmonie

het is wat het is,
zegt de liefde

ik weet niet wat het is…..

Ik was door mijn collega gevraagd om een teamproces mee te dragen. Er was serieus gedoe ontstaan in een team leidinggevenden in een groot concern. En dat gedoe kwam dicht bij eigen gedoe van de betreffende collega. Vanuit haar verantwoordelijkheid voor een zo zuiver mogelijke begeleiding vroeg ze om mijn aanwezigheid. Ze houdt van een gedegen voorbereiding en zeker ook van ‘go with the flow’. Maar een voorwaarde voor haar om ‘ja’ te kunnen zeggen is ‘leeg kunnen luisteren’. Dus is er altijd voorbereidende zelfreflectie. Soms komen vragen zó na, dat het raakt. Niets menselijks is ons vreemd. De mogelijkheid om tijdens een proces uit evenwicht te raken, was voor mijn collega een zwaarwegende reden om een tweede facilitator te vragen. De kans dat twee begeleiders tegelijkertijd bij eenzelfde proces uit evenwicht raken, is verwaarloosbaar klein. En dan nog gebeuren er geen rampen. Maar wij kiezen voor maximale professionaliteit. Mijn collega was een aantal keren begonnen om mij bij te praten, maar dan ben ik behoorlijk ‘spotless’: ik wil wel veel onthouden, maar dat gaat niet. Voor mij zijn hoofdlijnen van belang. En spontaniteit.
Maar de dag voltrok op vruchtbare bodem. Dit team had een intensief ont-wikkel-proces van een tweetal jaren achter de rug. Daarin waren zelfbewustzijn, zelfreflectie, beweging en ont-wikkeling sleutelwoorden. Het was afwisselend persoonlijke coaching (de één had daar meer interesse voor dan de ander) en teaminterventies. Daardoor nam op de werkvloer de effectiviteit merkbaar toe. Er was ongeveer een jaar verstreken, toen de wens voor een opfrisdag zich aandiende. De effectiviteit was verminderd. Dat bleek een symptoom. In de gespreksronde ter voorbereiding van het opfrisgebeuren kwamen apen uit mouwen die er niet om logen. Er was in het team een fundamentele vertrouwenscrisis. En dus gingen de ‘luiken’ dicht. Geen openheid. Alle menselijke schaduwkanten werden geleefd. Uiteindelijk werd er na soebatten een datum geprikt voor een proces van opfrissen. Dat was begin oktober.

Ik heb zelden zo een eerlijk proces gezien met vijf mannen. Verbonden. Eerlijk. Confronterend. Echt. En ze hadden heel wat te verstouwen samen. Want er was natuurlijk teamgedoe. Maar ook persoonlijk gedoe. Mannen met een heel leven achter zich. En een leven voor zich. En hun zielenleven is onderweg in beweging gegaan. Alle kanten op.  Midden in het werkzame leven zijn er tal van omstandigheden die bepalend of medebepalend kunnen zijn. Teams zijn zeker niet geisoleerd, maken eerder deel uit van tal van systemen, die invloed hebben. Tijdgeest en persoonlijke biografie.  Kwetsbare mensen zijn krachtig en mooi……dat terwijl de (westerse) mens van alles doet om kwetsbaarheid te verhullen. En de mythe is er dat kwetsbaarheid zwak maakt. Helemaal niet, bleek weer eens. Deze mannen niet. Ze werden al maar echter en er ontstond weer een nieuw wij. Kwetsbaar en broos. Maar de mannen werden al maar mooier. Dan is niet-verbinden onmogelijk.
Nou was de bodem ook wel heel vruchtbaar. Zelfbewustheid. Verbinding. Samen een reis gemaakt naar ieders binnenwereld. En daar mocht ik bij zijn. In stappen. Dat zegt veel over mij. Ik heb kwaliteiten, kolfjes in mijn hand. Daar zitten onder andere rust en presentie, lichtvoetig en warm in, in de kolfjes. Maar dat zegt ook iets over de vruchtbare bodem waarop door mijn collega op geakkerd is.

Dank mannen en vrouw, voor deze parel-dag…

Bij de serie ‘geen probleem', VPRO 2011

Het veel gehoorde ‘grappig' is net als ‘hoe is het?' en net als ‘geen probleem' een cliché-uiting die past bij ‘geen verbinding'. Quasi-interesse. Of een entree zoeken. Een uiting van pseudo-community. Er lijkt verbinding, maar het is er niet.
De 6-delige VPRO-serie ‘geen probleem' met komedianten Theo Maassen, Wim Helsen en met de mij onbekende Stefaan van Brabandt is een schoolvoorbeeld van een pseudocommunity. Wat willen de mannen graag verbondenheid! En wat kunnen ze dat NIET bereiken. Intussen veinzen ze verbondenheid, totdat er een breekijzer komt. Smullen voor aanstaande CB-facilitators. Kijken! Genieten! Lachen! Verwonderen! Leren!

Er is niks mis met een pseudocommunity. Er worden intellectualiteiten en eventualiteiten uitgewisseld, het is ‘gezellig', motiverend, er is saamhorigheid2 mogelijk, soms worden er bergen werk verzet. Er is geen verbinding. De tijd wordt eigenlijk gedood. De tijd wordt niet levendig gemaakt, maar gedood. Het is relatief veilig. Want er zijn onafgesproken afspraken. Confrontatie wordt vermeden. Uniformiteit viert hoogtij. Er is de schijn van overeenstemming . Want ja, als er verschillen zijn, wordt het moeilijk. En wat er dan gebeurt, is ongewis. Om de tijd te vitaliseren zijn nieuwe stappen nodig. Kunstenaars doen dat van nature. Het onbekende in stappen. De meeste mensen doen dat niet. Oude codes zijn hardnekkig. Het niet weten beangstigt. En toch:

De veiligste plek voor een boot is de haven,
maar daar is zij niet voor gemaakt

 

Het wordt in de serie ‘geen probleem' pas problematisch als de vrienden hun verbinding (die er niet écht is) gaan ophemelen en koesteren. En als er iemand in de ‘societé close' wil. Op voorspraak van één van de drie vrienden. Dan breekt de hel los. Het wordt dan pas echt chaotisch. De vrienden sluiten de rijen. Ze voelen aan dat de vierde man de (pseudo-) community bedreigt. Maar de nieuwe vriend gooit voor zijn aftocht boos en teleurgesteld nog even fijntjes de beerput open.. Dat wat achter maskers bleef, wordt door hem in het midden gesmeten. De onderlinge oordelen zijn niet voor de poes. In termen van CB: het leeg maken is begonnen, maar niet moedig in het midden, door WIJ maar door HEM. Pijnlijk.
Ik weet niet hoe het afloopt. De laatste aflevering moet nog komen. Maar in de voorlaatste aflevering hangen ze alle drie aan de balustrade van de vierde verdieping van de flat van Coentje. De dood van de pseudocommunity. De dood van het plastic ‘wij'. Terwijl het nieuwe w!j3 voor het grijpen lag. Dode tijd? Vitale tijd? Hoe? Ja!

www.inmenssamenspel.nl

Een INMENS idee krijgt vaste vorm. Vast niet te vast! Want beweeglijk zal het blijven... Maatwerk is ons dierbaar. Veel mensen ‘hebben alles al'. Hebbedingetjes, bankrekeningen, interieur. Wat de meeste mensen niet hebben is échte, originele kunst. Wel mooi ingelijste reproducties, maar geen échte kunst. Ik kreeg van mijn oude moeder ooit eens honderd euro. Ze vroeg of ik daarvan iets ‘blijvends' wilde kopen. Ik wil wel een echte, blijvende Chagall. Maar dat werd te begrotelijk. Dus heb ik een mooie poster duur ingelijst. Lijkt wel écht, maar is verre van écht. Die honderd euro was niet toereikend. Heb ik haar niet verteld. Ik heb het geluk verbonden te zijn met Ineke, een kunstenares. Haar vormen (!) zijn organisch. En echte kunst heeft een intensere uitwerking. Laatst veranderde een hele binnentuin van een bejaardenwooncomplex door de aanwezigheid van beelden van Ineke en haar kompanen. Wat is het simpel om de vitaliteit en schoonheid van zo'n plek te verhogen. Vonden de bewoners ook meteen.. Maar ‘Samenkunst' werd ook dicht bij huis actief.

Het echtpaar dat ons vanmiddag bezocht in het kader van ‘samenkunst' was onlangs 25 jaar getrouwd. En wilden het proces van ‘samenkunst' wel aangaan: met ons samen oriënteren op de aankoop van echte kunst. En het dan hebben over het ‘samen'.Patronen en zo. Wij kijken dan en geven terug wat we zien. Ze waren vooraf helder over hun budget en over hun wens: een schilderij. Ineke heeft een paar schilderijen, maar vooral beelden. Maar omdat ‘samenkunst' gaat vooral over het proces van samenkomen, hebben we deze uitdaging graag aangenomen.

Bij de door ons verzorgde lunch ontstond wat lichte irritatie, want HIJ zat op zijn mobiel internet te zoeken naar een schilderij uit de tentoonstelling KNUS uit 2005, een schilderij dat hem intrigeerde (www.erikvink.nl). HIJ vond het schilderij met dank aan google: modern, kleurig en figuratief. Natuurlijk kwam er direct commentaar van HAAR over dat ze dat niet zag zitten op de plek waar dat schilderij zou kunnen komen hangen. De vormen waren te voluptueus. Dat zou gauw vervelen. Zeker HAAR omdat het haar smaak niet was. En waarschijnlijk sowieso te duur. De actie van hem was stoutmoedig en verhelderend.

Omdat we voorzagen dat we de voorkeur van hen samen en van ieder van hen moesten exploreren, daarom hadden wij een uitstapje georganiseerd naar een galerie in Klarenbeek (www.bijkrepel.nl), waar de schilder Pieter Man in 't Veld (www.pietermanintveld.nl)  een overzichtstentoonstelling hield met heel veel verschillende stijlen en technieken. Ideaal voor de beeldvorming. Hier thuis hebben we ook een galerie, maar dan met voornamelijk beelden en....weinig schilderijen. Het werd daar duidelijk: HIJ houdt van modern figuratief werk en kan zich ook wel vinden in kleurige, zuidelijke landschappen. ZIJ wil vooral krachtige kleuren, geen aquarellen en niet te figuratief. Het proces is begonnen. Er is geen druk, het budget loopt niet weg, sterker nog...het zou kunnen groeien. En er komt vast een schilderij waar ze samen verrukt van zijn. We zijn bij hen uitgenodigd voor een kijkje in de kamer. En dan combineren we dat met het bezoeken van kunstroutes of galeries bij hen in de buurt. We hebben nu een eerste beeld, schilderij dus..... En ZIJ en HIJ hebben iets te vinden! Van kunst en van elkaars smaak. Wat mooi als het proces van zoeken, dwalen mag worden, niet met de ziel onder de arm, maar met de ziel in de verbinding tussen HEM en HAAR. Dit is geen ‘kunstbemiddeling', maar de kunst van het samen. Verrijkend. Ook voor ons.

Het is zo gemakkelijk om méér fooi te vangen. Het is wetenschappelijk onderzocht dat een oberin of ober de fooienpot makkelijk kan spekken. Door te herhalen wat een klant bestelt. Dus als ik zeg "één cappuccino", wat ik vaak zeg, moet ik snel een echo horen......"dus u wilt één cappuccino". Volgens een publicatie in de krant gaat een klant dan extra waarderen dat hij of zij het gevoel krijgt, dat er goed geluisterd is. En dat geeft een goed gevoel. En als dan ook nog de verdere ambiance goed is en het product, dan ga je met fooi strooien.

Gisteren, op het terras bij het Eden hotel in Zutphen was de ambiance goed. De dweilorkesten waren daar zelfs niet te horen! Er zaten méér vluchters voor vrolijke valse noten. Er viel veel te zien op dat terras. Onder andere dat de bediening de benen onder de kont uit liep. Op één of andere manier werd niet om de haverklap aan mij gevraagd, wat ik wilde drinken. Looplijnen? Verdeelde tafeltjes? De bitterballen zagen er verleidelijk uit. Maar niet goed voor mij, dus nu niet.

Ik moest daar denken aan Piet Vroon. Hij was in de vorige eeuw hoogleraar psychologie in Utrecht. En columnist in de Volkskrant. En een ongelikte beer. Een soort Jan Mulder. Motorgek. Cynisch en onderkoeld. Maar ook erudiet.

Piet Vroon kon zich opwinden over het niet benutten van keiharde wetenschappelijke feiten. Een voorbeeld: de gezondheidszorg kan miljoenen besparen, door tijdens chirurgische ingrepen een koptelefoon met optimistische teksten op te zetten. Een chirurg die op band zegt dat het goed gaat met de operatie. Heel anders dan de spontane teksten die doorgaans gebezigd worden. Ik heb ooit één ooroperatie mee moeten maken (een otosclerose operatie: het losbeitelen van een vastgegroeide stapesvoetplaat in de gehoorbeenketen) en daar verhaalde de KNO-arts over zijn bibberende handen en als hij nu eens uit zou schieten. Toen vroeg me af, of de patiënt, onder zeil, daar iets van mee zou krijgen. Volgens Piet Vroon wel:totale verdoving is niet bewusteloos. Dat was zijn stellingname. Was verklaarbaar vanuit de neuropsychologie. De stelling van Vroon was: als je dan toch wat mee zou krijgen, dan liever positiviteit. Dit onderzoek was makkelijk dubbelblind uit te voeren. Soms wel en soms geen koptelefoon. Willekeurig. En dan geen gegevens verzinnen! Dat onderzoek was gedaan en wat bleek: bij positieve berichten tijdens de operatieve ingreep was het aantal ligdagen achteraf significant minder. Tel uit je winst. Tenminste.....als het resultaat werd gebruikt op de OK.
Zo zijn er waarschijnlijk veel zinloze onderzoeksresultaten want veel ongebruikte uitkomsten.

Ooit zat ik bij een teamtraining te luisteren naar een marketeer die onderzoek had laten uitvoeren door een extern bureau. Had klauwen vol met geld gekost, terwijl de resultaten een bevestiging waren van gezond verstand. Waarom doen we dan onderzoek? Voor de zekerheid? Welke zekerheid?
Voor de vorm?

Op het prettige terras dacht ik, dat de aandacht voor VORM wel heel erg domineert. Bij mij verandert er wat. Een innerlijke verschuiving. Ik wist al van het bestaan van ZIEL en van VORM. Maar nu heeft een Nederlandse auteur, Lenne Gieles, me ook taal gegeven voor ‘iets'. Zij noemt het OORSPRONG. Ik sinds een week ook. Door de volledigheid van deze drie-eenheid praat ik iets gemakkelijker over mystieke zaken.
En tegelijkertijd overweeg ik, of ik mijn tips over tips zal vertellen aan de medewerkers van het terras. Ze zijn nu te druk. Ik geef ze deze column.

12